In 2021 werd het Lokaal Energie- en Klimaatpact (LEKP) aangenomen. Dit akkoord kwam tot stand tussen de Vlaamse Regering en de Vlaamse steden en gemeenten. Het omvat vier luiken elk met hun eigen doelstellingen, gericht op het stimuleren van een groenere en duurzamere toekomst voor Vlaanderen. Eén van de doelstellingen in het eerste luik ‘Vergroening’ is het toevoegen van één extra natuurgroenperk per 1.000 Vlamingen. Dit betekent dat er tegen 2030 een toename van 6.600 groenperken van 10m2 zou moeten zijn.
LEKP kende goede start, maar is dat genoeg?
Van de 300 steden en gemeenten in Vlaanderen hebben 295 de oorspronkelijke versie van het LEKP ondertekend met daarin de vastgelegde doelstellingen. Volgens het meest recente rapport van maart 2023 zijn er sinds de lancering van het LEKP al 775 natuurgroenperken aangelegd. Hoewel dit een veelbelovende start is, vertegenwoordigt dit slechts 11,7% van het uiteindelijke streefdoel van 6.600 natuurgroenperken tegen 2030. Sommige gemeentebesturen zijn al goed op weg, zoals bijvoorbeeld Kortessem in Limburg, waar al meer dan 100% van het doel is bereikt, of Grobbendonk in Antwerpen, die al 22% meer groenperken heeft gerealiseerd dan was vooropgesteld.
Kansenkaarten nodig
Er is nog veel werk te verzetten om de doelstelling van 2030 te bereiken. De voorlopige cijfers voor 2023 tonen zelfs een vertraging in het aantal extra aangelegde groenperken in vergelijking met de jaren 2021 en 2022. Het is duidelijk dat sensibilisatie op zich onvoldoende is, ook begeleiding is nodig.
“Het heeft geen zin om overhaast extra groenperken aan te leggen zonder na te denken over een juiste plaats. Het zou goed zijn als Vlaanderen gemeenten begeleidt bij het opmaken van kansenkaarten in hun zoektocht naar meer groen in de dorpskern en het buitengebied”, merkt Brecht Warnez op.