Omdat elke leerling in Vlaanderen recht heeft op onderwijs zorgt de Vlaamse regering voor extra werkingsmiddelen bovenop de reguliere en aanvullende omkadering. Deze middelen komen toe aan scholen met een instroom van de in aanmerking komende leerlingen sinds 4 maart 2022.
Lestijden ‘Oekraïne’
Leerlingen uit Oekraïne zijn bij hun aankomst in Vlaanderen het Nederlands niet machtig. De Vlaamse overheid laat de Vlaamse scholen niet alleen voor die uitdaging staan en voorziet in bijkomende lestijden ter bevordering van de opvang en integratie van Oekraïense leerlingen.
“Kinderen van vluchtelingen hebben hulp nodig om zo snel mogelijk op een zelfstandigere manier aan de onderwijsactiviteiten deel te nemen. Via bijkomende lestijden leren we hen sneller Nederlands en komt de onderwijskwaliteit van de andere leerlingen niet in het gedrang”, stelt Brecht Warnez. In het schooljaar 2021-2022 werden er in totaal 735 lestijden ‘Oekraïne’ ingericht, waarvan 18%, ofwel 133 lestijden, in West-Vlaanderen.
Opvang in West-Vlaanderen
Het basisonderwijs en het secundair onderwijs in West-Vlaanderen zijn samen goed voor 435.000 euro aan extra werkingsbudget. Zo gaat een kleine 20% van de totale extra werkingsmiddelen naar West-Vlaanderen.
“Anders dan bij alle andere leerlingen kunnen scholen voor leerlingen uit Oekraïne, door de onvoorzienbare situatie, onmiddellijk na de inschrijving of instap in de school op de middelen rekenen. Er moet dus niet gewacht worden op de gebruikelijke teldag”, vult Warnez aan.
Bovendien hebben de Oekraïense leerlingen recht op de reguliere omkadering en werkingstoelagen voor anderstalige nieuwkomers. Dit zorgt ervoor dat scholen kunnen rekenen op een ruime en snelle omkadering voor de opvang van Oekraïense leerlingen.
Warnez sluit af: “We hebben als beleidsmakers heel veel respect voor de vele schoolteams en vrijwilligers die zich naast het klasmanagement voor de vaste leerlingen heel hard inspannen om de kinderen uit oorlogssituaties op te vangen en goed onderwijs te geven. Zelfs met onze ondersteuning blijft dit een helse opdracht.”